Van heroïne ga je dood. En verslaafden zijn vieze ongewassen zwervers. Dat lees je tenminste in de krant. Maar er zijn ook gebruikers die in een rijtjeshuis wonen. Ze hebben een gezinnetje, een baan en een hond die ze elke dag uit laten. Heel gewone mensen eigenlijk, op die ene gewoonte na. "Dope, dat is een ziekte."

Ik stop elke dag

"Ik denk niet dat de buurvrouw me gauw op de koffie zal vragen. Dat heb je in zo'n klein dorpje als dit, ze weten alles van je." Simone Jansen (36) zucht diep en pakt een sigaret. Samen met methadon is dat de enige drug die ze nog gebruikt. En vooral die methadon heeft Simone nog hard nodig. Want als je twintig jaar heroïne hebt gebruikt kun je daar niet van de ene dag op de andere mee stoppen. Dat weet ze maar al te goed omdat ze het vaak op die manier heeft geprobeerd. "Dan lag ik weer doodziek op bed, trillend en zwetend over mijn hele lijf. Zoiets houd je gewoon niet vol, het is onmenselijk." En dus ging ze maar weer gebruiken. Volgens hulpverleenster Katinka van der Laan (34) van het Consultatiebureau voor Alcohol en Drugs (CAD) is Simone niet de enige die dat overkomen is. "Als je zo lang verslaafd bent, gaat het niet meer om de roes. Heroïnegebruik is dan een manier van leven geworden. Je gaat alleen nog maar om met andere gebruikers en bent dag en nacht bezig met het versieren van je volgende shot.' Daarom belanden mensen die er mee stoppen vaak in een zwart gat, zegt Katinka. "Hun leven is in één klap leeg en ze weten niet hoe ze het moeten vullen."

Een half jaar geleden ging het gewoon niet langer, vertelt Simone. "Als ik 's morgens wakker werd, voelde ik me meteen opgejaagd. Elke dag opnieuw moest ik maar weer aan geld en dope zien te komen. Mijn vriend en ik gebruikten voor honderd gulden per dag." Maar dat is niet de enige reden. Simone vindt het ook de hoogste tijd worden voor een ècht gezinsleven. Zeker nu haar vriend vorige week met de noorderzon is vertrokken. "En dat is maar goed ook", zegt ze kwaad. "Het enige wat ons bij elkaar hield was de heroïne. Zo iemand ben ik liever kwijt dan rijk." Haar zoontje van acht en dochtertje van zes jaar zijn zo'n beetje de enige mensen die ze nog over heeft. Simone: "Daarom heeft het misschien wel zo lang geduurd voordat ik echt doorzette. Wat moest ik beginnen als ze mijn kinderen van me af zouden pakken?" Dat schrikbeeld maakte de stap naar het CAD heel moeilijk.

Begrijpelijk, vindt hulpverleenster Katinka: "Het komt natuurlijk wel eens voor dat de situatie zo ernstig is dat de kinderen beter tijdelijk uit huis geplaatst kunnen worden. Maar dat is niet ons uitgangspunt." Het CAD is er vooral voor om de verslaafden te begeleiden en ze te stimuleren om vol te houden. Katinka: "Door ze methadon te geven bijvoorbeeld. Dat is een vervangingsmiddel voor heroïne waardoor ze veel minder last hebben van ontwenningsverschijnselen. Daarnaast helpen we zo goed mogelijk om dat zwarte gat weer op te vullen. En dat betekent een heel intensieve begeleiding bij het zoeken naar andere woonruimte en werk of scholing."

Simone weet zeker dat de kinderen haar redding zijn geweest. Die hebben er altijd voor gezorgd dat haar leven niet alleen maar om heroïne draaide. Want ze moesten naar school, op tijd eten en ze wilden natuurlijk met hun klasgenootjes mee kunnen doen. Simone: "Ze zijn echt nooit iets te kort gekomen. Ook omdat ik me schuldig voelde natuurlijk. Als ik voor honderd gulden gebruikt had, dan zorgde ik dat zij iets kregen dat even veel waard was. Al moest ik er voor stelen." Nu ze haar leven weer op orde begint te krijgen, steekt ze nog meer tijd en energie in haar kinderen en in haar familie dan ze al deed. Ze is leesmoeder op school en ze zorgt voor haar ernstig zieke ouders. Maar er blijft nog veel te wensen over. Zo heeft Simone bijvoorbeeld helemaal geen mensen bij wie ze haar hart eens kan uit storten. Dat is volgens haar een erfenis uit het verleden. "Junkies hebben geen vrienden', legt ze uit, "ze zijn er vaak alleen maar op uit om van anderen te profiteren. Heroïne zorgt voor een rotmaatschappij vol met rotmensen. Alleen al daarom vind ik dat het nooit gelegaliseerd mag worden."

Helen van Dijck (38) is het daar niet mee eens. Zij en haar man spuiten nu al twintig jaar en wat hen betreft moet heroïne morgen nog op recept te krijgen zijn. "Het zou zo ontzettend veel spanning schelen", weet Helen zeker. "Nu zijn we er de hele dag mee bezig. En waarvoor eigenlijk? Elke keer als ik een shot heb gezet voel ik me afschuwelijk. Het vergiftigt mijn hele leven. Geloof me, ik stop elke dag." Maar hun twee zoontjes van dertien en tien jaar en hun dochtertje van acht zijn nog nooit de dupe geweest van de verslaving van hun ouders, voegt ze daar meteen aan toe. "Wat ze van ons denken maakt me niet uit, maar ik wil niet dat mijn kinderen er op aangekeken worden. Daarom zorg ik er altijd voor dat ze er netjes uit zien. Omdat iedereen weet dat wij gebruiken, moeten we extra ons best doen om goed voor de dag te komen. Zo simpel is het gewoon." Gelukkig is hun leven de laatste jaren in een wat rustiger vaarwater gekomen, vertelt ze. Omdat haar man een baan heeft, is geld bijvoorbeeld geen al te groot probleem. Op hun heroïnegebruik na leiden ze daardoor in feite een heel normaal leven. Misschien dat de kinderen daarom nog steeds niet door lijken te hebben dat Helen en Ruud verslaafd zijn. Of ze willen het gewoon niet weten. Zo op het oog is het een doorsnee gezin dat er elk jaar keurig drie weken met de caravan op uit trekt. Net als alle andere mensen uit de buurt. Maar in werkelijkheid zijn de verschillen levensgroot. Helen: "Je voelt je een buitenstaander. Dit weekend is het jaarlijkse etentje van het bedrijf waar mijn man werkt. Ik zie er als een berg tegen op. Wat moet ik zeggen als iemand me vraagt wat we in ons leven gedaan hebben?" Van de tijd voordat ze gebruikte kan Helen zich bijna niets meer herinneren. "Waarom ik begonnen ben? Gewoon, omdat iedereen het deed denk ik. En omdat ik me heerlijk voelde als ik weer wat genomen had." Zuchtend: "Nu gebruiken we alleen nog maar om ons normaal te voelen. Verslaving is een ziekte en dope is ons medicijn."

Sonja Vreeswijk (40) hoopt dat ze nu genezen is, al houdt ze wat dat betreft nog een slag om de arm. "Je weet het natuurlijk nooit zeker. Vergeet niet dat ik twintig jaar lang van de ene verslaving in de andere ben gerold. Bij mij is het niet bij dat ene stickie op mijn vijftiende gebleven." Maar misschien heeft ze toch nog behoorlijk geluk gehad, denkt ze weleens. Ze had een baan en wat vooral heel belangrijk is: ze stond er niet alleen voor. Ze heeft een dochter van zeventien, twee zoontjes van tien en vijf jaar en een man die haar zo veel mogelijk steunt. Een jaar geleden probeerde Sonja haar verslaving nog uit alle macht voor haar omgeving verborgen te houden. "Mijn man dacht dat ik al lang van de dope af was. En omdat hij 's avonds vaak weg is, kon ik stiekem gebruiken." Maar dat lukte op een dag niet meer.

"Het ging mis toen ik opgepakt werd vanwege een kruimeldiefstal. Een van de mensen bij wie ik af en toe het huis schoonmaak had me al een maand niet betaald." En dus besloot Sonja om het geld dan maar zelf te pakken. Lachend: "Daar kwamen ze natuurlijk achter, en toen had je de poppen aan het dansen. Ik werd opgepakt en mijn man werd naar het politieburo geroepen." Maar de ruzie en boze woorden die ze verwachtte, bleven uit. Sterker nog, het was zelfs een opluchting om er eindelijk met haar man over te kunnen praten. De zaak liep met een sisser af en Sonja besloot om haar leven vanaf dat moment heel anders te gaan inrichten. "Het zou tenslotte te gek voor woorden zijn als ik dit allemaal zou laten schieten voor die ellendige dope", zegt ze terwijl ze om zich heen kijkt. "We wonen in een prachtig huis en hebben financieel helemaal niets te klagen. Ik ben nu samen met het vrouwencentrum en het arbeidsburo druk bezig om een baan te vinden waar ik me lekker in voel." Sonja is er klaar voor, zeker nu ze de methadonkuur heeft afgebouwd en voor het eerst in jaren helemaal 'clean' is. Zelfverzekerd: "Ik heb veel aan het CAD gehad, maar nu heb ik er niets meer te zoeken. Want laten we wel wezen, uiteindelijk moet je het toch allemaal zèlf doen."